Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

Astronomie

Ook babysterren hebben groeistuipen

De geboorte van een babyster duurt pakweg honderdduizend jaar. Het uitgroeien tot een ster zoals onze zon nog eens tientallen miljoenen jaren. Hoe kun je dat bestuderen tijdens een promotieonderzoek van slechts vier jaar? Sterrenkundige Lucas Ellerbroek (30) keek naar pasgeboren sterren, elk net van een andere leeftijd. Alle beelden naast elkaar leveren een fotoalbum van het begin van het leven van een ster.

Je bekeek sterrengeboortes met de Very Large Telescope in Chili?

Meteen in mijn eerste week als promovendus mocht ik naar de beste telescoop ter wereld! Een unieke kans, ik viel met mijn neus in de boter. Mijn promotor, professor Lex Kaper, is een van de bedenkers van een meetinstrument dat in Chili gebruikt wordt. Hij wordt onder meer terugbetaald in waarneemtijd. Ik ben er vier keer een week of twee geweest.

Hoe is het om daar te werken?

Het is een buitenaards landschap, op 2.635 meter hoogte in de Atacamawoestijn, de droogste plek op aarde. Ik waande me op Mars. Er werken ongeveer tweehonderd mensen, en pakweg twintig bezoekers die zelf waarnemen. Dat is in feite foto’s nemen. Je zoekt met de sterrenkundige die de telescoop bedient naar de ster die je wilt bestuderen. Als die goed in beeld staat, drukt hij af. Dan kun je een uur gaan koffiedrinken, zo lang staat de lens open om het licht van de ster op te nemen.

Hoe ontstaat een ster?

Een grote wolk van gas en stof, van minuscule deeltjes tot enorme rotsblokken, koelt af en stort in onder zijn eigen zwaartekracht. Het stof trekt elkaar aan. In het binnenste van de wolk groeit een embryoster, waar steeds meer materiaal bij komt. De wolk vormt een platte, draaiende schijf. Uit het midden van die schijf spuiten aan weerskanten twee fonteinen van deeltjes, de jets. Die straalstromen remmen de draaiing af.

En die jets vertellen een verhaal?

Ik heb foto’s van jets van jonge sterren vergeleken met oudere beelden uit het archief. Klontjes in de jet bleken in de tussentijd miljarden kilometers te zijn opgeschoven. Zo kon ik berekenen wanneer die brokken zijn uitgestoten door de ster, honderden jaren geleden. Ik noem het weleens astro-archeologie. We kijken terug in de tijd. Ik heb ontdekt dat sterren groeien met horten en stoten. Bij elke groeispurt komen deeltjes van de ster in de jet. Zoals bij het gas geven in een auto ook deeltjes uit de uitlaat komen.

Waarom willen we weten hoe sterren worden geboren?

Wat is onze plek in het heelal? Waar komen we vandaan? Dat wil iedereen weten. Sterrenkunde heeft geen directe toepassing, maar levert wel veel bruikbare kennis voor bijvoorbeeld optica, chips, computers en signaalverwerking. Boven alles inspireert het mensen, net als kunst, sport en muziek. Sterrenkunde is onmisbaar.