Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

Milieu en natuur

Ondertussen op kantoor

Elke week geeft Japke-d. Bouma onmisbare kantoortips. Deze week: collega’s op een compleet andere golflengte.

Ik krijg er vaak vragen over. Of ik ze óók heb: van die mensen die voortdurend op een andere golflengte zitten. Die terwijl jij druk bent, ineens, zonder goedemorgen te zeggen, oeverloos gaan staan oreren over de ontstaansgeschiedenis van de euro. Dat je geen idee hebt wat ze willen, waarom, en dat het heel lang duurt. Die middenin een vergadering over de nieuwe targets ineens een verhaal over Hegel beginnen. Of Bangladesh, vouwwagens, of Hans Wiegel. Het valt stil. Wat? Je ziet je collega’s wegglijden. De één gaat schuiven, de ander maakt in gedachten een tropische strandwandeling, en de derde maakt vieze vingers op zijn telefoon. En jij… jij bidt vurig dat je niet de slappe lach krijgt. Niet gek dus dat mensen me vragen: hoe ga ik met dit soort collega’s om?

Er waren tijden dat ik er vol inging. En steeds heel verontwaardigd riep: ‘hela hola Johan! Daar hádden we het helemaal niet over!’ Maar dat werkte nooit. Dit soort treinen zijn niet te stoppen. Wat ook niet werkt: hopen dat ze snel op een doodlopende zin stuiten en hun verhaal afronden. Not goin’ to happen.

Het makkelijkste is dus: wegduiken achter de planten als ze aankomen. En als je écht niet meer om ze heen kunt, zorg dan dat je altijd iets bij je hebt om te doen. Een sudoku, een minnaar om mee te whatsappen of een maquette om aan te knutselen. Even je rust pakken.

Wat ook kan, is dit soort mensen als uitheemse diersoort bekijken. Wat zou er in dat koppie omgaan, denk je, terwijl je ze lekker hun verhaal laat afmaken over Friese doorlopers. Hoe zou hij zijn aardappels eten, wat heeft hij eigenlijk een grappig shirt aan voor een man van 59. Dat maakt tevens dat je vriendelijk kunt blijven lachen en het oponthoud slechts een minimale aanspraak maakt op je energie.

Toch zou mijn advies zijn: pak gewoon even lekker zélf de vloer. Als hij voor jóú op een andere golflengte zit, dan jij ook voor hem. Dus met dezelfde ongevoeligheid waarmee hij over meststoffen begint, kun jij rustig een ode aan de rookworst ten beste geven, een recensie van de nieuwe Donna Tartt, of een collega bejubelen. Begin over worteltaart. ‘Johan! Ik vroeg me af: amandelmeel of bloem?’ Het hoeft ook niet te kloppen, hè, hij hoort je toch niet écht, dus je kunt ook zeggen dat je een loonsverhoging van 4.000 euro per maand hebt gekregen, een vintage Porsche hebt gekocht, of je hond roze hebt geverfd. Maak het leuk voor jezelf.

Maar het meest uitdagend is natuurlijk: hem omarmen. Want héél af en toe, al is het maar eens in de 13.609 keer, komt hij op een zijspoor dat daadwerkelijk iets oplevert. Al was het maar omdat je eigen gedachten tijdens zijn verhalen zo ver wegglijden, dat je op mentale plekken stuit waar je nog nooit eerder was.