De aanleiding
In Belgische ziekenhuizen gelden minder regels. Daardoor zijn er minder managers en controleurs, en zijn de kosten lager. Dit meldden nrc.next en NRC Handelsblad twee weken geleden. De directeur van het Klina Ziekenhuis in het Belgische Brasschaat liet zich in het artikel ‘Hier hoef je nooit te wachten’ ontvallen dat de overheadkosten in een Belgisch ziekenhuis worden geschat op 15 tot 20 procent van de totale kosten. Dat terwijl „bij Nederlandse ziekenhuizen zeker de helft opgaat aan overhead”. Is dat werkelijk zo? Daarom checken we of het klopt dat minstens de helft van de kosten in Nederlandse ziekenhuizen opgaat aan overhead.
En, klopt het?
Eerst is het goed om te weten wat ‘overhead’ precies is. Soms wordt het als synoniem gebruikt voor ‘kantoorkosten’, maar overhead is meer dan dat. ZBC Kennisbank, een advies- en servicebureau, hanteert overhead als een brede, beschrijvende term waarmee vaak de ‘wolk’ van activiteiten (en dus kosten) wordt bedoeld, die als het ware boven het primaire proces van de onderneming hangt. Overheadkosten, ook wel beheerkosten of indirecte kosten genoemd, hebben dus betrekking op de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces. Volgens Mark Huijben en Arno Geurtsen, auteurs van het boek Heeft iemand de overhead gezien?, behoren alle functies die indirect een bijdrage leveren aan het functioneren van de organisatie tot overhead.
Maar de praktijk leert dat overhead een wazig begrip is dat moeilijk is te meten. Er zijn weinig betrouwbare cijfers, omdat er geen eenduidige definitie is. „Het is bovendien een beladen begrip: de één ziet het als het vet van de organisatie, de ander als een bron van ergernis”, zegt Mark Huijben, die directeur van het Kenniscentrum bedrijfsvoering van adviesbureau Berenschot is.
In 2011 schreef Huijben het proefschrift Overhead gewaardeerd dat wil verduidelijken hoe organisaties in verschillende sectoren op een goede manier met elkaar kunnen worden vergeleken. Hij vindt het belangrijk onderscheid te maken tussen ‘generieke en sectorspecifieke overhead’. Generieke overhead komt in elke sector voor. Functies die tot generieke overhead worden gerekend zijn directie, management en secretariële ondersteuning; personeel en organisatie; informatisering en automatisering; financiën en controle; communicatie; juridische en facilitaire zaken.
Tot sectorspecifieke overhead worden functies gerekend die uitsluitend in een bepaalde sector voorkomen. Zo kan bijvoorbeeld het beddenvervoer in een ziekenhuis worden toegeschreven aan de sectorspecifieke overhead bij ziekenhuizen. De aard van dit soort overhead verschilt dus sterk per sector.
Huijben onderzocht tussen 2001 en 2011 de overhead bij ruim dertienhonderd organisaties in 27 verschillende sectoren in Nederland. Daaruit blijkt dat de generieke overheadpercentages bij de ministeries het hoogst scoren: 41,9 procent. Daarna volgen woningcorporaties (34,6 procent) en gemeenten (33,6 procent). Sectoren met weinig generieke overhead zijn de zorg (13,2 procent), het onderwijs (14,4 procent) en de industrie (13,6 procent). De generieke overheadkosten voor de zorg in het algemeen zouden in de onderzoeksperiode dus betrekkelijk laag zijn. Verderop in het rapport blijkt dat het percentage generieke overhead op basis van elf waarnemingen bij ziekenhuizen in 2006 15 procent bedraagt. De sectorspecifieke overhead voor ziekenhuizen is 9 procent. Opgeteld komen we dus aan een overheadpercentage van 24 procent bij de elf ziekenhuizen die in die periode zijn onderzocht.
Dat is dus aanzienlijk minder dan „minstens de helft”. Maar er zijn twee belangrijke kanttekeningen: de onderzoekscijfers stammen uit 2006 en zijn daarmee behoorlijk gedateerd. Recentere cijfers zijn „onvoldoende representatief om uitspraken te doen op landelijk niveau”, zegt Eveline Castelijns, eveneens werkzaam bij adviesbureau Berenschot.
In het onderzoek Meer tijd voor de cliënt van adviesbureau KPMG Plexus wordt bovendien gesteld dat de overheadkosten van zorginstellingen met gelijke omvang onderling sterk variëren. Zo zijn er instellingen die een factor twee tot vier meer uitgeven aan overheadfuncties dan andere.
Conclusie
Volgens de directeur van het Belgische Klina Ziekenhuis gaat „zeker de helft van de Nederlandse ziekenhuiskosten op aan overhead”. Onderzoek toont echter aan dat overhead een wazig en moeilijk meetbaar begrip is. Er zijn weinig betrouwbare cijfers omdat er geen eenduidige definitie is en elke organisatie een andere invulling aan het begrip overhead geeft. Zo variëren de overheadkosten ook tussen zorginstellingen met een gelijke omvang sterk.
Een onafhankelijk onderzoek toont wel aan dat in 2006 in elf Nederlandse ziekenhuizen 24 procent van de ziekenhuiskosten opging aan overhead. Maar deze cijfers zijn achterhaald. Er zijn nu onvoldoende representatieve cijfers voorhanden om uitspraken te doen op landelijk niveau. Op basis van deze argumenten besluiten wij de bewering dat zeker de helft van de kosten van Nederlandse ziekenhuizen opgaat aan overhead te beoordelen als niet te checken.