In Brazilië zijn vannacht ruim tweehonderdduizend mensen de straat opgegaan om te demonstreren tegen de overheid, een historisch aantal. Diezelfde overheid trekt dertig miljard dollar uit voor het WK voetbal volgend jaar. Carla Dauden uit Brazilië maakt zich net als al deze demonstranten kwaad, en legt uit waarom ze niet naar het WK gaat.
Waar denken mensen van buiten Brazilië aan als je dit land noemt? Mooie vrouwen, ronde billen, Ronaldo, voetbal, carnaval. Maar de spreekster in onderstaand filmpje, dat momenteel discussies op internet op gang brengt, wil ons iets anders over het land meegeven waar ze vandaan komt. Brazilië spendeert meer geld aan het WK dan de drie voorgaande organiserende landen bij elkaar opgeteld.
En dat in een land waar 21 procent van de mensen analfabeet is, dertien miljoen mensen ondervoed zijn en vele anderen overlijden in afwachting van medische hulp. Heeft dit land werkelijk meer stadions nodig? Volgens Dauden heeft Brazilië hele andere dingen nodig:
Het standpunt van Dauden wordt momenteel uitgedragen door honderden Twitteraars en tienduizenden Brazilianen demonstreren om de redenen die ze in haar video aankaart. Correspondent Floor Boon sprak met diverse demonstranten, en schrijft vanmiddag in NRC Handelsblad over de oorsprong van de huidige protesten van historische omvang:
“We zijn de corruptie zat”, zegt een jongen met op beide wangen een Braziliaanse vlag geschminkt. “De staat geeft miljoenen weg aan het WK onder het mom van investering in de stad, maar intussen verdwijnt alles in de zakken van FIFA”, vult een studente geestdriftig aan. “Onderwijs en gezondheidszorg, daar moet geld naartoe. Bovendien leven er in Brazilië nog miljoenen mensen in armoede.” Onlangs waarschuwde de VN dat de Braziliaanse regering de rechten schendt van de naar schatting 200.000 mensen die uit hun huis gezet zijn om plaats te maken voor aan het WK (2014) en de Olympische Spelen (2016) gerelateerde bouwprojecten.”
‘Protest van een land dat over grenzen heen kijkt’
Het merendeel van de demonstranten is jong en behoort tot de brede middenklasse, een groep die in het eerste decennium van dit millennium met veertig miljoen mensen groeide. Maar het protest gaat verder dan dat, legt Boon uit:
“Ik ben hier ook namens mijn ouders en andere mensen die hier vanwege hun werk niet konden zijn.” Maar behalve een protest van de middenklasse, is het ook een protest van een land dat langzaam over de grenzen heen begint te kijken. Op Twitter duiken veel vergelijkingen met Turkije op, steunbetuigingen vliegen over en weer.
Er zijn overeenkomsten: beide landen kennen een periode van economische groei en creëerden daarmee een forse middenklasse. Maar anders dan in Turkije staat in Brazilië niet de politiek, maar het systeem ter discussie: naast economische zelfstandigheid eisen de Brazilianen burgerrechten, transparantie en integere politiek. De Brazilianen ruiken kansen en worden zich bewust van hun invloed.
Zoals straatverkoper Felipe Claudio da Silvo (44). Toegegeven, hij is hier om zijn waar te verkopen, zijn steunbetuiging geeft hij er gratis bij. maar achter het protest staat hij wel degelijk. “Ik zie dit als mijn volk, mijn mensen. Ook al verdienen de mensen hier tien keer meer dan ik, we strijden allemaal voor hetzelfde.”