De politie vreest dat negen minderjarigen uit de Haagse regio naar Syrië zijn gereisd. Dat zegt Nicole Bogers, hoofd operatiën van de Haagse politie. Zij is in de regio verantwoordelijk voor het onderzoek naar de ‘Syrië-gangers’. Het is voor het eerst dat de politie zich hierover publiekelijk uitlaat.
Het onderzoek, onder leiding van het Openbaar Ministerie (OM), spitst zich toe op mensen die actief deelnemers werven voor de strijd tegen het regime van de Syrische president Bashar al-Assad. Op werving voor de gewapende strijd staat maximaal vier jaar cel. Een andere prioriteit is voorkomen dat minderjarigen naar Syrië reizen.
Dit voorjaar werd op basis van informatie van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) een 16-jarig meisje kort voor vertrek naar Syrië tegengehouden. Een woordvoerder van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) bevestigt de „arrestatie”. Het meisje wilde zich vermoedelijk aansluiten bij de strijd tegen Assad. Ze is overgedragen aan Jeugdzorg, zegt Bogers.
Het onderzoek van politie en justitie in de Haagse regio richt zich onder meer op Delft, Zoetermeer en de Haagse Schilderswijk, waarvandaan de meeste ‘jihadreizigers’ vertrokken zijn. De politie bevestigde eerder dat ze vier aangiftes heeft van ouders van Syrië-reizigers, tegen drie vermeende ronselaars. Bogers kan en wil niets zeggen over hun identiteit.
Deze krant meldde dat het onder anderen gaat om Murat Ö. en Azzedine C. De eerste staat in de Haagse Schilderswijk bekend als ‘Ibrahim de Turk’. Hij zou al sinds 2001 als ronselaar in het vizier zijn van de inlichtingendiensten. De tweede, de 30-jarige Azzedine C., heeft als alias Abou Moussa.
Op de website de warereligie.nl prees hij vorige week de „ruim honderd moslims” die naar Syrië zijn vertrokken om bij te dragen aan de strijd tegen Assad. „De een in vluchtelingenkampen, de andere met het opzetten van infrastructuur en weer een ander om de wapens op te pakken. Ik denk dat iedereen die helder nadenkt alleen maar lof kan uiten voor deze jongens.”
Moussa, leider van de radicale islamitische beweging Behind Bars, beschouwt de Syriëreizigers als helden: „Onze jongens zijn vertrokken om de bezetters van islamitische landen te verdrijven, om de mensen te bevrijden van de onderdrukking van de tirannen, op weg naar de vrijheid die God ons heeft gegeven in de Koran en Sunnah. Dát zijn de vrijheden die wij koesteren en liefkozen.”
Naast de drie tegen wie aangifte is gedaan, heeft de politie volgens Bogers nog „enkele personen” in beeld die zouden werven voor de gewapende strijd in Syrië. Bogers heeft geen aanwijzingen dat zij samenwerken in georganiseerd verband.
De NCTV verhoogde in maart het dreigingsniveau in Nederland naar ‘substantieel’, het op een na hoogste van vier dreigingsniveaus. „Signalen van radicalisering van jongeren in Nederland en een toegenomen aantal jihadreizigers naar Syrië”, zijn belangrijke redenen voor de verhoging. Volgens de NCTV zijn ongeveer honderd Nederlanders vertrokken naar landen in Afrika en het Midden-Oosten, met name Syrië. In heel Europa zou het gaan om honderden mensen. „Deze jihadreizigers kunnen zeer radicaal, getraumatiseerd en in hoge mate geweldsbereid terugkeren naar Nederland, waarna zij hier een bedreiging vormen.”
De woordvoerder van de NCTV bevestigt dat minderjarigen naar Syrië zijn vertrokken. „Het gaat om enkele 16- en 17-jarigen.” Volgens de woordvoerder zijn van de circa honderd Syrië-reizigers de meesten afkomstig uit het westen van het land. „Er zitten een paar meisjes tussen, maar het zijn vooral jongens.”
Voor de eenheid Den Haag, het gebied van het voormalige korpsen Haaglanden en Hollands Midden, gaat de politie uit van 24 „uitgereisden”. Bogers: „Er doen geruchten de ronde dat honderd jongeren uit deze regio in Syrië zitten, maar van slechts zes mensen weten we dat zeker. Van 24 personen hebben wij sterke aanwijzingen dat ze zijn uitgereisd.” Van die 24 zijn er twee vrouw, en negen dus minderjarig.
Een jongen die is teruggekeerd uit Syrië heeft zich uit eigen beweging bij de politie gemeld. Over wat hij heeft verklaard en of hij ergens van verdacht wordt, wil Bogers niet zeggen. Zij wijst er wel op dat niet iedereen die naar Syrië reist zich aansluit bij strijdende groeperingen. „Er gaan bijvoorbeeld ook hulpverleners en journalisten naar Syrië.” Bogers weet niet hoeveel mensen naar het land zijn gegaan om te vechten. Ook weet ze niet of de Syrië-gangers uit vrije wil zijn vertrokken.
Bogers zegt dat de politie contact onderhoudt met de ouders en familieleden. Ook de Haagse burgemeester Jozias van Aartsen zal volgens zijn woordvoerder op korte termijn met ouders gaan praten die daar behoefte aan hebben. Lang niet alle ouders en familieleden willen met de politie praten, zegt Bogers. „Schaamte bevordert het spreken niet, ouders vrezen dat hun kind als terrorist wordt gezien. Omdat de informatie van ouders en familieleden zeer waardevol is, roep ik iedereen op die met ons te delen.”
Ouders moeten volgens Bogers goed letten op kenmerken van radicalisering. „Dat zijn bijvoorbeeld schoolverzuim, afzondering of jongens die een vrouw geen hand meer willen geven. Voorheen nam radicalisering lange tijd in beslag, maar tegenwoordig gaat het heel snel. Of het nu om moskeeën, ouders, de gemeente of de politie gaat, iedereen moet daar scherp op zijn.”