Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.

Geopolitiek

Dertig Nederlandse bedrijven importeren uit Israëlische nederzettingen

Een illegale Israëlische nederzetting op de Westelijke Jordaanoever.
Een illegale Israëlische nederzetting op de Westelijke Jordaanoever. Foto Reuters / Ronen Zvulun

Zeker achttien Israëlische bedrijven exporteren producten uit de illegale Israëlische nederzettingen naar Nederland. Meer dan dertig Nederlandse bedrijven importeren of verkopen die. Dat blijkt uit een onderzoeksrapport in opdracht van Cordaid, ICCO en IKV Pax Christi dat vandaag verschijnt.

In Nederland en Europa wordt al lang gewerkt aan richtlijnen voor de etikettering van producten uit de illegale Israëlische nederzettingen op de bezette Westelijke Jordaanoever en de Golan Hoogvlakte. Nu staat op die producten meestal: Made in Israel. Dat is volgens consumentenrecht misleiding, al is het apart labelen van die producten nog niet verplicht.

Volgens het onderzoeksrapport komen de ‘Israëlische’ schoonheidsproducten van Ahava, onder andere verkrijgbaar bij de grote keten Kring-apotheek, uit Mitzpe Shalem, een illegale nederzetting op de bezette Westelijke Jordaanoever. ‘Israëlische’ cakejes en zoute koekjes van C1000 in Amsterdam? Ook uit de nederzettingen in bezet Palestijns gebied. De ‘Israëlische’ wijnen Yarden en Gamla, te koop bij De Wijnstok in Delft, komen eigenlijk uit de nederzettingen op de Golan.

Exporteren vanuit nederzettingen politiek gevoelig

Het specifiek etiketteren van producten uit Israëlische nederzettingen is een politiek gevoelig, maar uiterst actueel thema in Europa, zo bleek vrijdag uit een gelekte brief van dertien Europese ministers aan EU-buitenlandcoördinator Catherine Ashton. De ministers vragen Ashton daarin leiding te nemen bij het gezamenlijk vaststellen van richtlijnen voor etiketten. Ook Timmermans ondertekende de brief.

De Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken zei vorige maand dat hij Nederlandse richtlijnen wil invoeren voor Israëlische etiketten, geheel conform een intentieverklaring van alle EU-ministers in 2012. Economische Zaken publiceerde in maart al conceptrichtlijnen voor etikettering, maar dat was naar verluidt een vergissing. Nederland lijkt toch liever te willen wachten op directieven uit Brussel.

Sommige winkeliers in Nederland tonen intussen zelf initiatief. Zo heeft Hema zijn Israëlische leverancier laten verklaren geen wijn van druiven uit de nederzettingen te leveren. Aldi zegt geen nederzettingenproducten in zijn schappen te willen hebben en daar ook op toe te zien. Unilever verhuisde eind vorig jaar zijn pretzelfabriek van een nederzetting naar Israëlisch grondgebied.

Supermarkten willen duidelijkheid van regering

De branchevereniging van supermarkten, het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel, stuurde in januari een brief naar de regering met het verzoek op korte termijn duidelijkheid te verschaffen over de etikettering. Maar noch Den Haag, noch Brussel maakt vaart. In Brussel discussieert men al over de omgang met nederzettingenproducten sinds de EU in 2000 gunstige invoertarieven voor (zuiver) Israëlische handelswaar introduceerde.

Lees hier het rapport: