Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Geopolitiek

Nederland en zijn soldaten

Het is een goede ontwikkeling dat Nederlanders sinds een jaar of tien meer respect tonen voor de mannen en vrouwen die in de krijgsmacht dienen of gediend hebben. Voorbij zijn de tijden dat militairen en veteranen die in uniform in de Vierdaagse meeliepen, werden onthaald op honende teksten als ‘Is het hier oorlog?’

Een ander teken van dat gegroeide respect is de Nationale Veteranendag, een eerbetoon dat zaterdag voor de zevende keer wordt gehouden. Nederland heeft zo’n 100.000 militaire veteranen. Velen van hen hebben gevochten in de Tweede Wereldoorlog of in Nederlands-Indië, maar de meesten namen deel aan multinationale missies in VN-, NAVO- of EU-verband: van Libanon tot Afghanistan tot de wateren voor Somalië. Sommigen raakten gewond of zagen collega’s en vrienden sneuvelen.

Respect voor de veteranen en ‘onze jongens’ op missie is mooi, maar heeft weinig zin als het niet gepaard gaat met begrip voor het feit dat een krijgsmacht nu eenmaal geld kost. Dat lid zijn van de NAVO niet alleen bijdraagt aan onze veiligheid, maar ook verantwoordelijkheden met zich meebrengt. En dat militaire missies daarbij horen.

In Nederland is de steun voor specifieke missies, zoals in Afghanistan, doorgaans klein. En ook na de grote bezuinigingen op Defensie van het kabinet-Rutte blijven sommige politieke partijen denken, of althans zeggen, dat het met nóg minder geld kan. Het maatschappelijke en politieke draagvlak voor de krijgsmacht kan, kortom, niet voor lief worden genomen.

Nederland heeft een professionele krijgsmacht, die het primaat van de politiek erkent. Een toonbeeld van die professionaliteit is de vandaag afgezwaaide Commandant der Strijdkrachten, Peter van Uhm. Vier jaar heeft hij leiding gegeven aan een moderne krijgsmacht, die bewezen heeft zijn taken aan te kunnen staan en veelzijdig inzetbaar te zijn. Zoals het hoort respecteerde Van Uhm het politieke besluit om na de veeleisende militaire missie in Uruzgan een veel minder ambitieuze missie in Kunduz te gaan uitvoeren – die geen militaire missie mocht heten, ook al zijn 500 van de 550 uitgezonden mensen militairen. Ook legde Van Uhm zich neer bij de bezuiniging die de politiek de militairen oplegde. De krijgsmacht zal het voortaan met minder middelen moeten doen.

Maar beter dan zijn politieke bazen slaagde Van Uhm erin het belang van het leger voor Nederland uiteen te zetten – zoals in zijn bijzondere optreden vorig jaar op de TEDxAmsterdam-conferentie (terug te zien op YouTube). Op het podium van de Stadsschouwburg legde hij met een geweer in zijn handen aan een jong publiek uit waarom dat wapen, en dus de krijgsmacht, een instrument van vrede en stabiliteit kan zijn.

Zolang Nederland niet zonder een leger kan, kan het evenmin zonder mensen, ook politici, die dat overtuigend kunnen en willen bepleiten.