Verdachten van fraude en andere witteboordendelicten profiteren van publiciteit rond hun strafzaak. In ruim driekwart van deze strafzaken leidt media-aandacht tot een milder vonnis van de rechter. Dat schrijft jurist Anne de Groot vandaag in NRC Weekend. Ze analyseerde vijfhonderd strafuitspraken van de laatste drie jaar waarin de media een rol speelden.
Uit de analyse blijkt dat strafrechters consequent onderscheid maken tussen witteboordencriminelen en geweldplegers. Waar de media-aandacht voor witteboordencriminelen juist positief kan uitpakken, geldt het tegenovergestelde voor geweldplegers.
Aandacht van de media voor strafzaken tegen verdachten van onder andere witwassen, fraude of oplichting leidt volgens de strafrechters tot publicitaire schade die ook na uitzitting van de straf zijn weerslag zal hebben op de verdere carrière van de verdachte. Om die reden geven zij de verdachten in veruit de meeste gevallen korting op hun straf.
Bij geweldplegers leggen rechters in ruim veertig procent van de zaken juist een zwaardere straf op omdat zij de strafverzwarende factor ‘geschoktheid van de rechtsorde’ expliciet afleiden uit de hoeveelheid persaandacht, zo blijkt uit het onderzoek van de strafvonnissen. Als er publiciteit is geweest voor strafzaken over fraude, witwassen of andere financiële delicten geven strafrechters de verdachten in ruim driekwart van de gevallen verlaging van de straf. Bij de overgebleven vijfentwintig procent van de gevallen houden de rechters geen rekening met de publiciteit.
Lees het complete verhaal ‘Klik! En dat is vierenhalf jaar cel’ van jurist Anne de Groot vandaag in NRC Weekend of de digitale editie (abonnees).