Zonder extra investeringen in schone energie kunnen we nog een jaar of vijf op deze weg doorgaan, en dan is de rek eruit. Dan zouden we van 2017 tot 2035 geen nieuwe (fossiele) energiecentrales of energie-intensieve fabrieken mogen bouwen die CO2 uitstoten omdat alle emissies zijn opgebruikt.
Het is een van de conclusies in de World Energy Outlook van het Internationale Energie Agentschap (IEA) (lees ook hier het persbericht). Zoals Fatih Birol, de hoogste econoom van het IEA, het zegt:
‘As each year passes without clear signals to drive investment in clean energy, the ‘lock-in’ of highcarbon infrastructure is making it harder and more expensive to meet our energy security and climate goals.’
De IEA stond in het verleden niet heel erg bekend om waarschuwingen voor een snelle toename van broeikasgassen. Hier ging het altijd om de hardware van de energieproductie. Maar inmiddels heeft het IEA ook een ‘450 scenario’ ontwikkeld, dat past bij de afspraak die op de klimaattop in Kopenhagen is gemaakt om te voorkomen dat de aarde meer dan twee graden Celsius opwarmt. Een dergelijke temperatuurstijging vereist, volgens het klimaatpanel IPCC, dat de CO2-concentratie niet uitkomt boven de 450 deeltjes per miljoen (ppm).
Volgens het rapport zullen landen veel meer moeten doen om onder de 450 ppm te blijven. Als alle maatregelen die ze de afgelopen jaren hebben beloofd daadwerkelijk worden uitgevoerd, stijgt de temperatuur nog steeds met ten minste 3,5 graad.
Om het tij te keren moet schone energie beter gesubsidieerd worden, van 64 miljard dollar vorig jaar, naar ongeveer 250 miljard dollar in 2035. In tegenstelling tot wat in de ‘fossiele’ economie nog wel eens wordt beweerd, is dat nog steeds veel minder dan de subsidies voor fossiele brandstof. Die bedroegen volgens de Energy Outlook, vorig jaar nog 409 miljard dollar, meer dan het zesvoud van de subsidie voor groene energie.
Volgens het rapport kost iedere energiedollar die voor 2020 niet wordt geïnvesteerd in schone energie na 2020 4,3 dollar.
Een bijkomend probleem is dat nog steeds 20 procent van de wereldbevolking geen toegang heeft tot elektriciteit. Dat gaat ten koste van hun welzijn, van onderwijs, volksgezondheid en economische groei. De 791 miljoen Afrikanen ten zuiden van de Sahara (uitgezonderd Zuid-Afrika) gebruiken net zo veel elektriciteit als de 19,5 miljoen inwoners van de staat New York. Met slechts 48 miljard dollar zou de hele wereld op het elektriciteitsnet kunnen worden aangesloten.
(vrijdag:) Even nog een nabrandertje. Gisterochtend hoorde in Maria van der Hoeven, IEA-baas, in het radio 1 journaal verdedigen dat de huidige regering (met onder andere haar CDA) op energiegebied zo goed bezig is. En het afschaffen van subsidies op elektrisch rijden dan (dat daarna onder druk van de Tweede Kamer alsnog werd uitgesteld), vroeg de presentator. Nou, daar wilde Van der Hoeven het niet over hebben. Ieder land moet zich concentreren op zijn sterke punten. Draagt juist dit soort politiek gedraai niet bij aan de crisis die Van der Hoeven in ‘haar’ rapport beschrijft?