De Nederlandse Staat is aansprakelijk voor de dood van drie moslimmannen uit Srebrenica in 1995. Dat heeft het gerechtshof in Den Haag vanochtend bepaald.
Zij hadden hun toevlucht gezocht tot de compound van Dutchbat, de Nederlandse eenheid die deel uitmaakte van de VN-vredesmissie tijdens oorlog in Joegoslavië. De drie zijn door de Bosnische-Serviërs onder generaal Ratko Mladic vermoord.
De zaak is aangespannen door de nabestaanden van Rizo Mustafic, die als elektricien werkte voor Dutchbat, en Dutchbat-tolk Hasan Nuhanovic. Hij verloor zijn vader en broer bij de val van de moslimenclave Srebrenica. De Nederlandse blauwhelmen stuurden hen van de basis af.
Nuhanovic en de nabestaanden van Mustafic verwijten de Staat hun familieleden aan de Bosnische Serviërs te hebben overgedragen. In 2008 vonniste de rechtbank dat de Nederlandse Staat niet verantwoordelijk is voor de dood van Bosnische Dutchbat-medewerkers en hun familieleden, omdat de militairen onder VN-mandaat opereerden.
NRC-verslaggever Cees Banning, die de processen over de Joegoslavië-oorlog volgt, noemt de uitspraak “vrij spectaculair”.
“Dit kan verstrekkende gevolgen hebben voor vredesmissies. Tot dusver was het zo dat daarvoor gold: ik lever troepen, VN heeft het bevel. Deze uitspraak maakt zonneklaar dat Nederland de effectieve controle over Dutchbat had en daarom aansprakelijk is, al geldt dit alleen in het geval van de drie die van de basis gestuurd werden. De uitspraak is tegen alle verwachtingen in. Het gerechtshof heeft de aansprakelijkheid anders gedefinieerd dan de rechtbank. Tot nu toe werd die steeds afgeschoven op de Verenigde Naties.”