Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Entertainment

Brullen in het duister

1953, door Van Hoorne Theaterproducties. Gezien: 1/2, Stadsschouwburg, Middelburg. Tournee t/m 17/5. Inl. 1953demusical.nl **

De zware storm begint pas in de laatste scènes voor de pauze en in de tweede helft volgt het springtij. Maar in de nieuwe Nederlandse musical 1953, toepasselijk in première gegaan in Middelburg, werpt de Zeeuwse watersnoodramp wel veel schaduwen vooruit. Alles wat de gemoederen in dit fictieve Zeeuwse dorp in de voorgaande scènes bezighoudt, is maar om één reden verzonnen: het moet na de pauze allemaal futiel lijken in het licht van de ramp.

De burgemeester die zich druk maakt over de opening van zijn nieuwe gemeentehuis, de steile dijkgraaf die zijn zoon verbiedt nog langer met een dienstmeid te verkeren, de komst van een nieuwe wachtmeester – al die verwikkelingen in de laatste januaridagen van1953 hebben straks geen betekenis meer. Wij weten immers al wat er komt, en we moeten hooguit afwachten wie er uiteindelijk zal overleven. In het script van Bart Mijnster wemelt het van de personages met hun eigen plotjes en hun eigen songs in een intrige die wreed zal worden afgebroken.

In het eerste deel overheerst soms een lichte toon waarin met enige ironie naar de jaren vijftig wordt gekeken, maar in allerlei zangnummers is het melodrama al volop aanwezig – op breed uitwaaierende muziek (van Floris de Haan) die via de geluidsband een nogal schelle klank heeft gekregen. Die melodieën lonken wel hevig naar de allure van Les Misérables, maar krijgen zelden vleugels. En de zangteksten evenmin. „Wie neemt er de v’rantwoord’lijkheid”, aldus het als requiem bedoelde slotlied. „Wie neemt er deel aan deze strijd / die ene vraag blijft er altijd”.

Maar wat in 1953 bovenal ontbreekt, is de theatrale suggestie. De eerste helft is door regisseur Bas Groenenberg geregisseerd als traditioneel volkstoneel, met voortdurend verschuivende zetstukken – omslachtig en overbodig. In de tweede helft wordt gepoogd het drama van de ramp af en toe te verbeelden door drie, vier acteurs in het halfduister op een verhoging vrijwel onverstaanbaar tegen elkaar te laten brullen.

Zo blijft de voorstelling steken in een poging alles zo realistisch mogelijk te laten zien. Dat is onbegonnen werk, waar ook de acteurs (onder wie Joke de Kruijf, Marcel Smid en Ben Cramer) niet tegenop kunnen spelen.