Rugnummer 14?

Henk Kesler, directeur betaald voetbal KNVB: ,,Het lijkt me niet zinvol dat we bij het Nederlands elftal het voorbeeld van Ajax volgen. Al is het een mooi gebaar. Als je rugnummers eeuwig voorbehoudt aan één speler, dan moet het gaan om uitzonderlijke gevallen. Je dient op z’n minst een link te leggen met het aantal gespeelde interlands – en dan scoort Cruijff met 48 caps niet zo heel hoog. Maar zelfs als je dat niet doet kun je wel aan de gang blijven en houden we straks geen nummers meer over. Frank de Boer droeg altijd nummer 4, hij speelde 112 interlands. En Edwin van der Sar staat nu op 119. Dan zou geen enkele keeper in Oranje nog nummer 1 kunnen dragen.”

Ton Boot, basketbalcoach van de Capitals uit Groningen: „In de basketbalsport is het gebruikelijk om sporters te eren met het ‘bevriezen’ van hun nummer. Het is een typische Amerikaanse traditie. Bij de Chicago Bulls speelt nooit meer iemand met 23, het nummer van Michael Jordan. Eigenlijk is dat een hele mooie manier om respect te tonen aan topsporters. In Nederland zijn we daar altijd wat minder goed in geweest. Maar misschien dat we daar nu met Johan Cruijff een begin mee zouden kunnen maken. Hij heeft dat absoluut verdiend. Cruijff is een ambassadeur van ons land. Hij is verreweg de bekendste Nederlander ooit.”

Charles van Commenée, technisch directeur NOC*NSF en chef de mission Olympische Spelen in Peking (2008): . „Ik vind het een mooie traditie, waarvan in Nederland te weinig gebruik wordt gemaakt. Volleyballer Bas van de Goor heeft het bij Dynamo en honkballer Robert Eenhoorn bij Neptunes. Records worden gebroken, maar een rugnummer ‘bevriezen’ is voor altijd. Het heeft eeuwigheidswaarde, dat spreekt me er zo in aan. Meer dan wie ook heeft Johan Cruijff het verdiend. Ja, ik vind ook dat nummer 14 bij Oranje voor hem gereserveerd moet blijven. Zijn verdiensten voor het Nederlandse voetbal zijn enorm groot. Nee, ik vind het geen punt van discussie. Welke grens je ook trekt, Cruijff zit altijd aan de goede kant. Waar ter wereld je ook komt, Nederland wordt geassocieerd met Cruijff en Rembrandt. Ik vind hem een uniek persoon: als voetballer, vanwege zijn inzet voor goede doelen en als iemand die de Nederlandse taal heeft verrijkt.”

Gerard Cox, zanger, artiest en Feyenoord-supporter: „Ik heb er geen mening over. Johan Cruijff interesseert me niet.”

Jan van Beveren, oud-doelman Nederlands elftal die als international botste met Cruijff: „Pff, ik vind het prima. Geen bezwaar. Eerlijk gezegd verdient hij dat wel. Cruijff is toch de bekendste Nederlandse voetballer aller tijden. Het aantal interlands mag geen beletsel vormen. In mijn tijd had Puck van Heel de meeste caps (64, red.), later werd dat Ruud Krol (83). Vroeger speelde je maar drie, vier vriendschappelijke interlands per jaar en een EK was er niet. Je moet kijken naar de uitstraling die Cruijff heeft in de wereld en daarvoor behoor je respect te hebben.”

Anton Geesink, judokampioen, sporticoon en IOC-lid:„Ik zou het prachtig vinden voor Johan Cruijff, hoewel het voetbal ver bij mij als voormalig individueel sporter vandaan staat. Bovendien vind ik dat de KNVB zich in relatie tot de Olympische Spelen nooit zo actief heeft opgesteld. Ze vinden het WK, het EK, de Champions League en de UEFA Cup veel belangrijker. Ik gun het Cruijff, daar niet van, maar ik vind dat er in Nederland meer grote sporters geëerd zouden moeten worden. Ik denk dan aan de judoka’s Mark Huizinga en Wim Ruska. Maar die hadden geen geoliede pr-machine van journalisten om zich heen. De eer van een nummer is mooi, maar de grootste eer die Cruijff gegeven had kunnen worden, zou het vernoemen van het Ajax-stadion zijn geweest. De Johan Cruijff Arena, dat had ik echt mooi gevonden.”