In de aanloopjaren naar WO II was er een ware stormloop van Joodse immigranten naar Palestina, zeer tot ongenoegen van het Arabische deel van de bevolking. En na de Tweede Wereldoorlog vroegen de Joodse slachtoffers van die oorlog om vestiging van een Joodse staat in Palestina, hetgeen opnieuw tot felle weerstand van de Arabieren leidde. De zaak werd in 1947 aan de UNO voorgelegd en die adviseerde een Joodse en een Arabische staat te stichten, waarna in 1948 alleen de Joodse staat gesticht werd.
De verenigde wereldleiders die in 1947/48 verantwoordelijk waren voor deze onafgewogen affaire, zouden nu ook hun verantwoordelijkheid moeten nemen, nu het voortbestaan van de door hen gewenste staat voortdurend in gevaar is. Ook zijn deze landen medeverantwoordelijk voor alle gebeurtenissen in het Midden-Oosten die het gevolg zijn van de stichting van Israël en het nalaten van het oprichten van een Palestijnse staat.
Zoals het er nu naar uitziet, sturen de islamitische bewegingen aan op een totale oorlog met Israël. Misschien moet die oorlog maar eerst gevoerd worden om de verhitte koppen tot afkoeling te brengen, waarna aan de vergadertafel tot een redelijke verdeling van het gebied kan worden gekomen.