Officier van justitie Van Straelen acht wettig en overtuigend bewezen dat de moord op Van Gogh op 2 november ook een terroristische aanslag was met de bedoeling de Nederlandse bevolking bang te maken en de fundamenten van de samenleving te ,,ontwrichten''. ,,Hij is en blijft levensgevaarlijk'', zei de officier. Hij eiste ook levenslange ontzetting uit het actief en passief kiesrecht. De moord vond volgens justitie plaats met voorbedachten rade en met een terroristisch oogmerk.
Mohammed B. verbrak vanmiddag het stilzwijgen en richtte zich in een slotwoord tot de moeder van Theo van Gogh. Hij wilde haar ,,enigszins troosten'' door te zeggen dat hij vanuit zijn geloof heeft gehandeld. ,,Ik heb me nooit beledigd gevoeld. Uw zoon was geen hypocriet. Ik weet dat hij uit overtuiging dingen zei. Mocht ik vrijkomen dan zou ik opnieuw hetzelfde doen.'' Over de schietpartij met de politie na de moord zei hij: ,,Ik schoot om te doden en om gedood te worden.''
Het bewijs voor de voorbedachten rade ziet justitie in de moord zelf, die gepleegd is in een drukke straat in Amsterdam, op een bekende Nederlander. In alles lijkt het op ,,een rituele slachting''. Ook uit de extremistische islamitische geschriften van Mohammed B. blijkt volgens justitie dat het doel is geweest angst te zaaien. Daaruit blijkt ook dat Mohammed B. met de moord een poging wilde doen de ,,fundamentele politieke, sociale en economische structuren van Nederland ernstig te ontwrichten'', aldus Van Straelen.
Verder heeft B. volgens justitie het Kamerlid Hirsi Ali belemmerd in haar parlementaire werkzaamheden. Op het lichaam van Van Gogh liet B. een dreigbrief aan haar achter die er volgens Van Straelen voor heeft gezorgd dat zij tot 18 juni in `safehouses' heeft moeten wonen en haar werk niet meer kon doen. Alleen al op het vergrijp van het belemmeren van een Kamerlid in haar parlementaire werk staat een maximale gevangenisstraf van levenslang.
Ook acht het openbaar ministerie poging tot moord bewezen op omstanders in de Linnaeusstraat waar de moord werd gepleegd en op de politiemensen die B. later na een vuurgevecht op de Mauritskade arresteerden. De operatie heeft B. volgens justitie goed voorbereid. Er zijn vele getuigen die de verdachte hebben gezien in de weken voor de moord op de route die Van Gogh elke dag aflegde. Van Straelen haalde een deskundige aan die zei dat de feiten op 2 november erop wijzen dat Mohammed B. ,,oneindig vaak'' geoefend moet hebben met zijn wapen.
Justitie komt tot de conclusie dat Mohammed B. de moord in zijn eentje heeft gepleegd, maar dat hij in de voorbereiding wél hulp moet hebben gehad. Al was het alleen maar omdat hij in de laatste maanden nauwelijks geld had om van te leven. Maar bewijzen voor hulp ontbreken.
Justitie heeft wel vier mannen op het oog die mogelijk medebetrokken waren bij de moord. Het gaat om de huisgenoot van B., Ahmed H. en diens vriend Fahmi B., die werkte in de Pythagorasstraat waar Van Gogh woonde.
Van Straelen legde veel nadruk op de vrijheid van meningsuiting. De moord heeft ,,een beeld laten zien van de islam als een terroristische ideologie''. Dit is niet terecht, zei Van Straelen. ,,Het is niet de islam die vandaag terecht staat.''
Islam pagina 3