Kwalen van jongeren zijn urgenter dan gebreken van ouderen, want jongeren hebben uitzicht op meer jaren. Bovendien kan bij ouderen de behandeling schadelijker zijn dan de kwaal zelf. De sterfte bij operaties is bijvoorbeeld hoger, maar dat geldt niet voor alle geneesmethoden.
De geringe aandacht voor zogenoemde ouderdomskwalen op de lange termijn is onbevredigend. De Leidse hoogleraar verouderingsonderzoek Rudi Westendorp concludeerde zaterdag in een interview in M, het maandblad van deze krant, dat het de overheid niet lukt om de periode van ziekte te bekorten. Ziek worden en sterven verloopt over een steeds langere reeks van jaren, aldus Westendorp, ook al zou de overheid dat anders willen. Dus zal de geneeskunde meer moeten nadenken over de bestrijding of de voorkoming van ouderdomskwalen. Van veel gebreken wordt aangenomen dat ze door slijtage worden veroorzaakt, maar ze kunnen net zo goed gevolgen zijn van ziektes die kunnen worden bestreden.
Hoopvol is het onderzoek naar dementie die – zo blijkt – vaak gevolg is van slecht functionerende aderen. Mensen die dankzij eerdere doorbraken van de geneeskunde langer kunnen leven met hart- en aderkwalen, kunnen op latere leeftijd alsnog worden geplaagd door deze progressieve achteruitgang van de hersenen. Zoiets unieks als een antibioticum tegen dementie bestaat waarschijnlijk niet, maar misschien zijn er wel preventieve middelen mogelijk. Vermindering van het aantal dementen is wenselijk en er wordt ook veel geld voor zorg mee bespaard. Waarschijnlijk kunnen er ook oorzaken worden gevonden voor blindheid en doofheid bij ouderen. Deze kwalen moeten dus beter worden onderzocht dan nu gebeurt. Voor ouderen wordt het leven prettiger als ze minder geplaagd worden door kwalen en bovendien blijven ze langer zelfstandig. Een geneesmiddel tegen sterfelijkheid is er niet, maar de periode van sukkelen moet kunnen worden bekort.