Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Media

Een scherp journalist zonder opsmuk

Oud-redacteur van NRC Handelsblad Max Paumen is eergisteren in zijn woonplaats St. Michielsgestel overleden aan de gevolgen van een ziekte. Max Paumen (1938) werkte sinds 1 januari 1969 bij de krant, hoofdzakelijk als verslaggever `zuiden des lands'. Tot zijn vertrek in 1999 was hij het gezicht van de krant in Brabant en Limburg – dankzij hem kregen de grote journalistieke politieke, economische en culturele thema's ten zuiden van de grote riveren de nodige aandacht in het nogal randstedelijk georiënteerde NRC Handelsblad. Max Paumen werd bij zijn afscheid onderscheiden door de provincie Noord-Brabant met de Hertog Jan prijs en door de gemeente Maastricht met de stadsprijs De Trichter. In beide provincies, en ook op de redactie, werd Max Paumen beschouwd als een instituut. Een vriendelijke vakman, die charme en bonhomie combineerde met een scherp journalistiek verstand.

Paumen kwam na de hbs in 1959 terecht bij de Nieuwe Limburger in Maastricht. De grote mijnsluitingen en werkloosheid in de jaren zestig maakten van Limburg een landelijke journalistieke prioriteit – het leverde Paumen een vaste baan op, als streekredacteur bij de NRC en het Handelsblad die op het punt van fuseren stonden. De ironie was aan hem besteed. ,,De mijnwerkers hebben me aan mijn mooie positie geholpen'', zei hij bij zijn onderscheiding in 1998 door de stad Maastricht in De Limburger. Voor zijn nieuwe baan verhuisde hij naar Noord-Brabant, in die tijd een grote stap voor een geboren Maastrichtenaar.

Bij NRC Handelsblad ontwikkelde hij zich verder tot een allround verslaggever, waarbij hij een grote belangstelling voor sociaal-economische onderwerpen aan de dag legde. De sociale gevolgen van de mijnsluitingen, de verwikkelingen rond autofabriek DAF, de opkomst van Maastricht, de verstedelijking van Brabant, de ondergang van de textielindustrie – het waren onderwerpen waar Max Paumen met grote betrokkenheid over rapporteerde. Hij voelde zich verbonden met mensen in zwakke posities en koesterde een grote liefde voor het zuiden van het land. Dat kwam samen in zijn houding tot de krant waar hij zich aanvankelijk een `provinciaal' in een deftig bastion voelde, die zendingsarbeid boven de rivieren kwam verrichten.

Met de opbloei van het zuiden en de groei van de krant kreeg het werk van Paumen vanzelf grotere betekenis. Hij had een open, toegankelijke en directe schrijfstijl die vooral in zijn talent voor reportages tot uiting kwam. Z'n functieomschrijving wisselde nog wel eens van verslaggever naar correspondent of sociaal-economisch redacteur, maar `het zuiden' bleef de rode draad.

Hij was een journalist zonder opsmuk, die altijd nieuwsgierig kon zijn naar wat de mensen bewoog. Zijn journalistieke werk sloeg neer in het boek De Laatste Gang over de neergang van de Europese mijnindustrie. Met de schrijfster Rosalie Sprooten maakte hij het brievenboek Maastricht met en zonder rouge. Bij het 50-jarig bestaan van de toneelacademie verscheen zijn laatste boek Toneel, toneel, altijd toneel.