Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Politiek

Afrika

Tien middelbare blanke mannen in fantasieloze pakken, afgeschermd van de wereld bijeen op een fotogenieke locatie in de Canadese Rocky Mountains, hebben hun steun gegeven aan een plan voor de ontwikkeling van Afrika. Lang hebben ze er niet over gepraat, want ze hadden meer te bespreken in het geïsoleerde bergoord Kananaskis. De leiders van de G8, de zeven belangrijkste industrielanden plus Rusland, aangevuld met twee vertegenwoordigers van de Europese Unie, hadden vier Afrikaanse regeringsleiders voor de gelegenheid uitgenodigd bij hen aan te schuiven. In aanwezigheid van de presidenten van Senegal, Nigeria, Zuid-Afrika en Algerije werd aldus het New Partnership for Africa's Development (Nepad) omarmd. ,,Een nieuw begin en nieuwe hoop voor het Afrikaanse continent'', zei de Canadese gastheer Chrétien.

De aandacht van de G8 voor de nood van Afrika staat niet op zichzelf. Vorige maand reisde de Amerikaanse minister van Financiën O'Neill samen met Bono van de rockgroep U2 door Afrika. Bono, de Ierse popzanger die eerder actief was in de beweging voor schuldkwijtschelding aan de armste landen, trok publiciteit, terwijl O'Neill met eigen ogen kon zien hoe dramatisch de omstandigheden in Afrika zijn, maar ook hoe er lokale initiatieven voor verbetering opkomen.

Na talloze ontwikkelingsplannen die de afgelopen jaren voor Afrika zijn aangekondigd en roemloos zijn verdwenen, is het Nepad een nieuw geluid. Het is een Afrikaans initiatief waarin voor het eerst erkend wordt dat de problemen van onderontwikkeling door eigen onmacht veroorzaakt worden. Niet alleen de erfenis van het kolonialisme, maar ook de post-koloniale corruptie, falend leiderschap, dictatoriale regimes, chronische burgeroorlogen en wanbeheer hebben de levensomstandigheden van de 700 miljoen Afrikanen verslechterd. Met het Nepad erkennen de Afrikaanse leiders hun verantwoordelijkheid en beloven ze democratie, respect voor de mensenrechten, fatsoenlijk bestuur, behoorlijk economisch beleid en een open investeringsklimaat.

Zal het een verschil uitmaken? Ook zonder politieke incompetentie, kapitaalvlucht of verwoestende oorlogen — de belangrijkste onstakels voor de bestrijding van de armoede — zijn de problemen kolossaal. De bevolkingsgroei, epidemieën zoals aids, verkrotting in de steden, armoede op het platteland, emigratie van mensen met een opleiding, tropische en kurkdroge natuurlijke omstandigeden maken Afrika tot een continent van misère. Afgezien van de rol als producent van enkele grondstoffen legt Afrika economisch geen gewicht in de schaal. Handel en investeringen moeten toenemen, en hulp blijft onontbeerlijk. Maar hoe en hoeveel? Het Nepad vraagt 64 miljard dollar; de G8-landen hebben slechts een miljard dollar extra toegezegd voor een bestaand programma van schuldkwijtschelding en aangegeven dat de helft van alle hulp naar Afrika moet gaan. Westerse ontwikkelingsorganisaties, die ook hun eigen belangen hebben, spraken verontwaardigd van `kruimelwerk'.

Afrika is een kwestie van lange adem. De problemen zijn niet met een enkel plan op te lossen en evenmin kunnen de rijke landen Afrika negeren. Het Nepad is een aanzet om verder te gaan.