Tientallen meeuwen cirkelden rond een tractor die in een eindeloos wijds landschap een ploeg voortzeult. Aan de horizon stonden hijskranen van Oost-Groningse scheepswerven, de Martinitoren en een installatie voor gaswinning. Tussen Groningen en Hoogezand, vlakbij Slochteren, werd afgelopen weekend de Randstad Regatta verroeid. Sterren van de 25ste editie van het roeitoernooi waren Robert van der Vooren en Simon Kolkman. Voorlopig doel voor de roeiers uit de Twente Vier, de lichte boordvier die achtste werd op de Spelen van Sydney, is het wereldkampioenschap in augustus.
Voordat het zover is, moeten de roeiers van de UTwee, zoals de studenten het nieuwe project zelf noemen, een flink aantal hobbels nemen. De roeibond heeft dit jaar een speciaal gedeelte in het jaarplan opgenomen voor ,,een ploeg die om wat voor reden dan ook kiest voor een eigen aanpak''.
Kolkman en Van der Vooren liggen er niet wakker van. Twee jaar geleden nog was de Randstad Regatta alles of niets voor de roeiers uit Twente. Gevolgd door andere barrières – opgelegd door roeibond of IOC – waar de olympische droom telkens wreed ten einde had kunnen komen.
Opgezweept door de zware eisen roeide de ploeg een lang en succesvol seizoen. Heldhaftig werd op de wereldbekerfinale van 1999 de aanval geopend op de ongeslagen Deense olympisch- en wereldkampioen: net geen goud voor Oranje. Het Enschedese viertal stelde dat jaar op eigen kracht een startbewijs voor de Olympische Spelen veilig, maar eindigde moegestreden als zevende op de wereldranglijst. In het olympisch jaar haalde de ploeg nooit meer een finaleplaats.
Over vier weken moeten Kolkman en Van der Vooren nationaal kampioen worden. Als de roeibond het niveau van de ploeg ,,voldoende'' vindt, mag het duo starten bij de wereldbekerwedstrijden in Sevilla. Daar weegt de sportbond de ploeg opnieuw, dit keer met een startbewijs voor de wereldbekerfinale in Duitsland als inzet. ,,Bij een goed resultaat in München, zulks weer ter beoordeling'', zo meldt het programma, ,,wordt de ploeg toegelaten tot de timetrial'' waar definitieve deelname aan de WK veiliggesteld kan worden. Het traject tot drie weken voor de WK in Luzern moet door de ploeg zelf worden betaald.
Op de eerste wedstrijddag verbeterden dit weekeinde de roeiers van coach Rob Jonkman het baanrecord met tien seconden. De roeiers van Twente, die bekend staan om hun eigenzinnigheid, voeren in een hoog tempo en pakten bij de start kostbare seconden. ,,Roeien is een soort micro-economie: een kleine markt waar iedereen hetzelfde doet. Dan moet je juist een andere aanpak kiezen. De eerste duizend meter varen we daarom netjes, maar snoeihard. Daarna is het consolideren, het verschil niet kleiner laten worden. Bovendien roeit het erg lekker als je voor ligt'', zei Van der Vooren.
Kolkman vertelde, wijzend op zijn ploeggenoot: ,,Hij is een dolle stier, die kun je niet afremmen. Ik roei om te winnen, ik hou niet van halfzacht gedoe. Iedere race die je kunt winnen, moet je winnen.''
Op de tweede wedstrijddag stapte het tweetal vrijwillig de arena van de open klasse binnen. Hier genieten lichte roeiers geen bescherming van de weegsschaal die roeiers tot maximaal 72,5 kilo (maar 70 kilo gemiddeld ploeggewicht) tegen zware krachtpatsers beschermd. In een zinderend gevecht moesten Kolkman en Van der Vooren de boot met bondsroeiers Stephan van Dongen (wereldrecordhouder met de Holland Acht II) en Erwin Heeringa in de laatste haal voor laten gaan.
Een tweede schip van bondscoach Diederik de Boorder werd op afstand gehouden. ,,Ik heb een hekel aan `competitieontwijkend' gedrag, maar de UTwee zoekt de tegenstand juist op. Het was een toprace. De UTwee heeft net niet gewonnen, maar ik hoef me geen zorgen te maken over een goede lichte twee-zonder. Simon en Robert declasseerden het lichte senior A-veld volledig.''
Twee uur na de laatste wedstrijd vertrokken één voor één vrachtwagens vol boten naar roeiverenigingen in heel Nederland. Toen het geronk van de laatste zware diesel was verdwenen, was het weer stil in Harkstede, op het geluid van kievieten en grutto's na.