Yasmina verdween 27 september vorig jaar. De politie vond haar ernstig verminkte lichaam zes dagen later op de vuilstortplaats in Utrecht. Haar lichaam was verpakt in drie vuilniszakken. Op 16 oktober arresteerde de politie K., haar buurjongen. Twee dagen na zijn arrestatie bekende hij zijn buurmeisje te hebben mishandeld. Hij had, zo bekende hij, haar bewusteloze lichaam in een vuilcontainer in de tuin gegooid.
Volgens de rechtbank heeft de verdachte op verschillende momenten kans gehad zich te beraden op zijn handelingen en de gevolgen daarvan. Hij heeft, nadat hij het meisje had betast, bewust besloten dat zij niet de kans mocht krijgen haar verhaal aan haar broers te vertellen. Hij schaamde zich. Yasmina moest verdwijnen. ,,Hij heeft haar op berekenende wijze in een machteloze en verzwakte toestand gebracht zodat ze is overleden'', zei rechtbankvoorzitter mw. R. Jansen vanochtend.
De rechtbank is er niet van overtuigd dat K. het hele verhaal heeft verteld. Waarop de rechtbank dat vermoeden baseert, is onduidelijk. Hoewel volgens de rechtbank de omvang van het leed moeilijk in te schatten is, staat ,,de doodsangst die dit kleine meisje moet hebben gehad, vast''.