Na dertien speelronden heeft het Nederlands kampioenschap dammen nog geen winnaar opgeleverd. Drie spelers deelden zaterdag na afloop van de slotronde met zestien punten de eerste plaats: Harm Wiersma, Hans Jansen en Hein Meijer. In een barrage moet het drietal volgende maand onderling uitmaken wie zich de beste dammer van Nederland mag noemen.
Opvallend was de snelle remise op de slotdag van oud-werelkampioen en Europees kampioen Wiersma in zijn partij tegen Paul Oudshoorn. Daardoor kon Jansen, die voor de laatste speelronde samen met Wiersma aan de leiding ging, bij winst op Martin Dolfing kampioen worden. Ton Sijbrands sprak tijdens de analyse van de korte partij zijn verbazing uit over de beslissing van Wiersma.
,,Wiersma is een ervaren wedstrijddammer, dus misschien heeft hij op het bord van Jansen gekeken en gezien dat diens winstkansen beperkt waren. Zo spaart hij zich na een zwaar toernooi voor de barrage'', gaf Sijbrands als mogelijke verklaring. Wiersma zelf ontkende dat. ,,Ik heb niet speciaal op Jansen gelet. In mijn eigen partij was snel duidelijk dat ik niet kon winnen'', zei de titelfavoriet.
Omdat Jansen tegen Dolfing ook niet verder kwam dan een puntendeling, heeft Wiersma in de barrage alsnog kans zijn achtste nationale titel in de wacht te slepen. In de barrage spelen Wiersma, Jansen en Meijer onderling tweemaal tegen elkaar in een versneld tempo. Elke speler heeft twintig minuten denktijd per partij. Sijbrands is bepaald geen voorstander van dit `sneldammen' omdat het ,,geen zuiver beeld geeft van de krachtsverhoudingen''.
Voor het talent Dolfing (23), die met veertien punten op een gedeelde vierde plaats eindigde, is het een verrassing dat Wiersma het toernooi niet eerder heeft beslist. Zeker na diens zeges in de eerste twee speelronden. Dolfing denkt wel dat de 47-jarige Fries, de oudste speler van het toernooi, de beste kansen heeft op de eindzege. ,,Wiersma heeft meer ervaring dan de anderen met een hoog speeltempo. Bovendien heeft hij de meeste klasse en beschikt over een briljant spelinzicht'', licht Dolfing toe.
Ook Hein Meijer, die ondanks een slechte voorbereiding verrassend doordrong tot de barrage, schat Wiersma het hoogst in. Toch ziet de Amsterdammer voor zichzelf ook kansen. ,,Dat we met z'n drieën spelen is een nadeel voor Wiersma. Als Jansen en ik tegen hem remise spelen en in onze onderlinge partijen vol voor de winst gaan, zou Wiersma aan het eind wel eens met lege handen kunnen staan'', aldus Meijer.
Hoe de barrage ook afloopt, Wiersma heeft dit toernooi de meeste indruk gemaakt en is wat betreft de andere finalisten een klasse apart. Meijer, ook een fanatiek wielrenner, vergelijkt de Fries met een natuurtalent uit de wielersport: Miguel Indurain. Oudshoorn spreekt zelfs van een wereldwonder. ,,Wiersma heeft verreweg het meeste talent van het deelnemersveld. Hij is toch van uitzonderlijk niveau in de damsport.''
Ondanks zijn unieke damkwaliteiten wist Wiersma tijdens het kampioenschap slechts drie partijen te winnen en speelde hij tienmaal remise. Dat is veelzeggend voor het geringe niveauverschil aan de top. ,,Dammen is een meedogenloze denksport. Het kleinste foutje kan fataal zijn. De angst om te verliezen is dan ook groot'', legt Oudshoorn uit. Illustratief is het hoge aantal remises tijdens het toernooi: van de 91 gespeelde partijen eindigden 69 in remise.
Volgens voorzitter Johan Huls van het organisatiecomité is ondanks de vele remises toch veel strijd geleverd. ,,Er waren maar weinig salonremises'', zei Huls. Binnen de damwereld is een discussie gaande over het `remiseprobleem'. Een hoger speeltempo, een andere puntentelling en een maximale speelduur per partij worden gezien als oplossing om meer beslissingen te forceren en de damsport zo aantrekkelijker te maken voor het publiek.
Het NK illustreerde ook de kloof tussen de oudere spelers en de jonge talenten. De drie deelnemers aan de barrage zijn allen veertigers. Dankzij hun ervaring en wedstrijdmentaliteit wisten zij aankomende talenten als Dolfing (23), Van den Akker (20) en Thijssen (25) achter zich te houden. ,,Maar ze komen eraan. Over enkele jaren acht ik ze in staat de titel te winnen'', zei Wiersma.
Vooral Thijssen werd vooraf gezien als kanshebber op de eindzege. Zijn gedeelde vierde plaats stelde daarom enigszins teleur. Volgens Meijer is Thijssen fysiek en mentaal nog niet sterk genoeg om zich echt met de top te kunnen meten. Meijer beschouwt een goede fysieke conditie onontbeerlijk om de wedstrijdspanning aan te kunnen. ,,Als ik `s ochtends voor de partij al een uurtje op de fiets zit, ligt de jeugd nog op bed.''