Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Onderwijs

AUTISTEN GEKWELD

KINDEREN MET een autistische stoornis vormen een uiterst kwetsbare groep binnen het onderwijs. Ze zitten vaak op de verkeerde school en voor tweederde van de autistische kinderen in het speciaal onderwijs wordt geen hulp ingeroepen van externe deskundigen. Als het meezit vinden ouders pas na veel omzwervingen een school die enigszins voldoet.

Uit het rapport Toeval of Beleid?, dat onlangs door de Nederlandse Vereniging voor Autisme is uitgebracht, blijkt dat tachtig procent van de 338 ondervraagde ouders van autistische kinderen klachten heeft over de situatie op school of op het dagverblijf. Het onderzoek betreft 55 kinderen die een dagverblijf bezoeken en 275 kinderen die naar school gaan. Van deze laatste groep gaan 54 autistische kinderen naar het regulier onderwijs en 221 kinderen bezoeken een vorm van speciaal onderwijs. Acht kinderen in de leerplichtige leeftijd blijken thuis te zitten omdat er voor hen geen geschikte school te vinden is of omdat er wachtlijsten zijn. Ook het vervoer van deze kinderen naar en van school roept veel problemen op. Eén op de drie ouders klaagt over een slechte en soms ronduit geweldadige sfeer tijdens de rit. ``Een dagelijkse kwelling'', zo omschrijven de samenstellers van het rapport het leerlingenvervoer. Autististische kinderen worden bovendien tijdens het vervoer en op school opvallend vaak gepest.

``Dit onderzoek is uitgevoerd omdat in onze kring al heel lang bekend is dat autistische kinderen in het onderwijs tussen wal en schip vallen'', zegt Rik Post, beleidsmedewerker onderwijs van de Nederlandse Vereniging voor Autisme (NVA) ``Het hangt vaak van het toeval af of ouders een school kunnen vinden die structuur, rust, veiligheid en veel individuele aandacht kan bieden voor hun kind.'' Kinderen met een autistische stoornis zitten in alle vormen van onderwijs, zo luidt de uitkomst van het onderzoek. Slechts een klein deel redt het op een gewone school. De meesten zijn te vinden in alle andere soorten van speciaal onderwijs, van Lom en Mlk-scholen tot scholen voor langdurig zieke kinderen (LZK) en zeer moeilijk lerende kinderen (ZMLK), maar ook op scholen voor dove en slechthorende kinderen en op mytylscholen.

Autisme is een aangeboren ontwikkelingsstoornis die zich in verschillende verschijningsvormen kan voordoen. Voor alle vormen geldt dat er problemen zijn met sociale contacten, in de taal- en spraakontwikkeling en in de ontwikkeling van het verbeeldend vermogen. Veranderingen en onverwachte gebeurtenissen roepen angstige reacties en soms ernstige gedragsproblemen op. Zwakbegaafdheid en zwakzinnigheid komen veel voor in combinatie met autisme, maar er is ook een groep kinderen met een normale of bovennormale intelligentie.

Negen jaar leidde Jantien van Putten NVA-gespreksgroepen voor ouders met autistische kinderen. ``De school was een steeds terugkerende topic'', vertelt Van Putten. Ze heeft alle verhalen over omzwervingen, thuiszittende kinderen en wanhopige ouders jaar in jaar uit gehoord. Toch moet ze vaststellen dat de situatie voor kinderen in de basisschoolleeftijd de afgelopen tien jaar enigszins verbeterd is. ``Nu zitten de grootste problemen in het voortgezet (speciaal) onderwijs, in de opleiding voor een beroep en de begeleiding op de werkplek. Overal zijn bovendien lange wachtlijsten voor.'' Zelf heeft ze ook flink getobd met haar zoon Frank, die nu negentien is. Sinds zijn achtste jaar zit hij op een internaat, waar hij een LKZ-school voor langdurig zieke kinderen bezoekt. Maar ook daar moet hij weg, waarheen is onduidelijk.

Uit het onderzoek dat de regio Noord- en Zuid-Holland bestrijkt, blijkt dat er grote kwaliteitsverschillen bestaan tussen scholen. Reguliere scholen voor basis- en voortgezet onderwijs scoren slecht waar het gaat om kennis van autistische stoornissen. Ze tonen volgens de ondervraagde ouders weinig bereidheid om deze kennis in huis te halen. Maar tussen speciale scholen melden ouders ook grote verschillen. Zij gaven elf van de ruim vijftig speciale scholen een dikke onvoldoende. Over dertien scholen waren de ouders tevreden. Deze laatste behoren tot een groep scholen die speciale kennis en aparte voorzieningen heeft op het gebied van autisme.

Een aantal van deze scholen is sinds 1985 aangewezen als zogenoemde steunpuntschool, en ontvangt extra leerkrachten en geld om kennis over autisme over de rest van het onderwijs te verspreiden. ``Daarvan is weinig terecht gekomen'', weet beleidsmedewerker Post, ``deze scholen hebben het zo druk met hun eigen leerlingen dat ze daar nauwelijks aan toe komen''. Dezelfde conclusie werd in maart van dit jaar eveneens getrokken door het Expertise Centrum Autisme in Rotterdam in de nota `Knelpunten binnen het onderwijs aan autistische leerlingen'. Op andere scholen in het speciaal onderwijs waar men uit eigen middelen `auti-leerkrachten' heeft opgeleid en soms ook speciale `auti-klasjes' heeft gevormd, is het zo dringen geblazen dat nieuwe leerlingen op de wachtlijst moeten.

Dat geldt ook voor de tienjarige Vincent die tot enkele weken geleden op een gewone basisschool zat. Volgend jaar zou hij in een klas met 42 kinderen terecht zijn gekomen. ``Een volstrekt onmogelijke situatie voor een autistisch kind'', legt zijn moeder Marjoleine Steensma uit, ``zelfs als het een IQ van 125 heeft''. Ze vond een speciale school met veel aandacht voor autisme voor hem, zo'n 25 kilometer verderop. Meteen werd gezegd dat Vincent zeker een jaar op de wachtlijst zou moeten. Ondertussen had zich op zijn huidige school een incident voorgedaan, waarvoor Vincent van de ene op de andere dag van school verwijderd werd. Hij had in een vlaag van ongecontroleerde woede zijn leerkracht gebeten. ``We kregen 's avonds een telefoontje dat hij vanaf de volgende dag niet meer welkom was'', vertelt Steensma. ``Een nogal heftige maatregel, want ik dacht altijd een goede relatie met de school te hebben. We hadden regelmatig overleg met de leerkracht en het autismeteam van de Riagg en ik sprong bij als er schoolreisjes of feesten waren.''

Extra begeleiding was er niet voor Vincent omdat autistische kinderen met een normale of bovennormale intelligentie geen officieel erkende indicatie krijgen, legt Steensma uit. ``Je bent puur afhankelijk van de leerkracht.'' Ze is ervan overtuigd dat haar zoon met extra begeleiding in het reguliere onderwijs had kunnen blijven. Nu zit Vincent al enige weken thuis. ``Gelukkig bleek er op zijn nieuwe school plotseling een gaatje vrij te zijn, zodat hij er na de zomervakantie toch terecht kan'', zegt Steensma.

De NVA vindt het een punt van grote zorg dat autisme niet als aparte categorie erkend wordt voor de op handen zijnde Leerlinggebonden Financiering, ook wel het `rugzakje' genoemd. Door deze maatregel kunnen meer kinderen met een handicap of stoornis naar het gewone onderwijs en krijgen ouders geld om zelf de extra begeleiding te `kopen' die hun kind nodig heeft. Autistische kinderen worden vaak geweigerd op scholen voor speciaal onderwijs omdat ze niet precies passen in de bestaande schooltypen, aldus beleidsmedewerker Post. ``Ouders shoppen met hun kind van de ene school naar de andere. Ze zijn soms jaren achtereen bezig om hun kind op de juiste plek te krijgen. Ik ken ouders in het Gooi die hun kinderen in Arnhem of Den Bosch op school hebben.''

Na ruim 300 afleveringen (sinds 5 september 1991) is dit jammer genoeg het laatste Schoolvoorbeeld, wegens nieuwe werkzaamheden van Michaja Langelaan elders.