Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Sport

Rondhangende jeugd negeert 'hangmuurtje'

Al een paar maanden slingert een speels muurtje over een veldje bij de Raiffeisenlaan in de Utrechtse wijk Tuindorp. Deze 'hangmuur', een Jongeren Ontmoetings Plaats (jop) is bedoeld om het rondhangen van jeugdige buurtbewoners in goede banen te leiden. Alleen bleek onlangs dat er geen jongeren tegen het muurtje hangen. Zij geven de voorkeur aan de basketbalpaal, vijftig meter verderop.

Jops zijn bedoeld voor jongeren van twaalf tot achttien jaar, die over het algemeen graag buiten rondhangen. “De behoefte van jongeren aan ruimte in de woonomgeving om elkaar buiten te kunnen ontmoeten is een voor hen essentiële maar vooral ook leuke (!) vorm van vrijetijdsbesteding.” Zo stelt Domien Verwer, secretaris van de Stichting Speelruimte in het verslag van een themadag over jops. Deze Amersfoortse stichting onderzoekt de behoefte aan openbare ruimte voor jongeren, adviseert gemeenten en ontwerpt regelmatig Jops. Verwer: “Het gaat hier ook om een fundamenteel recht van jongeren om gebruik te kunnen maken van de openbare ruimte.”

Ze mogen dan recht hebben op gebruik van openbare ruimte, vaak is nauwelijks rekening gehouden met de behoeften van jongeren. Terwijl speeltuintjes en pleintjes een vanzelfsprekend onderdeel lijken van elke wijk, zijn er voor twaalfjarigen en ouder weinig voorzieningen. Vaak veroveren jongeren daarom zelf een plek, meestal niet tot grote vreugde van omwonenden.

Jongeren ontmoeten elkaar graag op plekken waar veel te zien is, waar ze zelf gezien worden en waar je kunt rondhangen, blijkt uit onderzoek van de Stichting Speelruimte. Liefst zitten ze ook nog overdekt. D. Vermeulen van Speelruimte in het verslag van de themadag over jops: “Als je het 'patroon' in een buurt kent, kun je met bovenstaande randvoorwaarden heel goed anticiperen op gebruik door jongeren.” Daarnaast worden jops neergezet als oplossing voor klachten van de buurt, vertelt Tony Silvestrone, landschapsarchitect van de Dienst Stadsbeheer van de gemeente Utrecht. Hij ontwerpt onder andere speelpleinen en jops. Silvestrone: “Ook jongerenopbouwwerkers geven soms aan dat er een plek moet komen voor jongeren, omdat ze nergens terecht kunnen. We krijgen dan van een wijkbureau opdracht om iets te ontwerpen voor die doelgroep.”

“Een jop kan van alles zijn, dat moet je ruim zien. Niet alleen een muurtje of een overdekt bankje, maar ook een voetbalkooi of een verhard sportveld kan een jop zijn. Alleen hebben we gemerkt dat het beter is om ze geen jop te noemen. Dat schrikt omwonenden af. Niemand wil een ontmoetingsplaats voor jongeren in de buurt”, zegt Silvestrone. Om aan die gevoelens tegemoet te komen wordt gezocht naar plekken aan de rand van een wijk, liefst in een brede groenstrook. En op inspraakavonden kunnen buurtbewoners hun mening over de voorstellen van de gemeente kenbaar maken.

Niet alleen buurtbewoners hebben inspraak over de bouw van jops, ook met de jongeren voor wie de plek bedoeld is wordt overlegd. Maar, zegt Silvestrone, “dan is succes nog niet verzekerd”. “Aan het Lodewijk Napoleonplantsoen werd in samenspraak met de jongeren een soort open schuurtje met een schuin dak neergezet. Het bleek niks: de jongeren hebben het zelfs afgebroken.”

Andere Jops bevallen beter. Een tribune van betonelementen aan de Peltlaan wordt intensief gebruikt. En een paar rotsblokken, bij het Lodewijk Napoleonplantsoen langs de Kromme Rijn, vallen ook in de smaak. Silvestrone: “In het algemeen lijkt het er op dat 'abstracte' plekken succesvoller zijn. Dus geen bankjes om op te zitten, maar zwerfkeien.”

Silvestrone ontwierp ook het gewraakte muurtje aan de Raiffeisenlaan. Gevraagd naar een verklaring voor het geringe succes van de jop, die toch in een parkje staat en niet overduidelijk bedoeld is om jongeren te lokken: “Je kunt nooit helemaal sturen wat jongeren doen. Blijkbaar was de plek toch niet goed. Een stukje verderop is meer te zien, zoals mensen die voetballen en basketballen.” Hij wijst erop dat die verharde sportvelden in zijn optiek ook jops zijn. “Ze zijn wel duurder (circa 60.000 gulden, terwijl het muurtje ongeveer 3.500 gulden kost), maar eigenlijk zijn het de meest ideale jops. Jongeren kunnen er niet alleen rondhangen maar ook iets doen.” Het slingerende muurtje staat er overigens niet helemaal voor niets: kleuters blijken het leuk te vinden om er overheen te lopen.