DERHALVE OOGT de koers van morele overreding die vooral de Europese Gemeenschap heeft aangejaagd, verstandig: ordelijke confederalisatie in plaats van eenzijdige afscheiding. Maar tegelijkertijd is dit bezwerende crisis-management niet helemaal logisch en ook riskant.
Want de “democratische ontwikkeling” waarop wordt aangedrongen, betekent toch eigenlijk ook het recht op zelfbeschikking. Het dilemma is nut dat democratie en behoud van de federale structuur met elkaar op gespannen voet staan. Zo vormen de twee miljoen Slovenen in tegenstelling tot de rest een geografisch-demografisch overzichtelijke eenheid en als zo'n eenheid recht op zelfbeschikking eist, dan valt daar uit democratisch oogpunt weinig op af te dingen. Afscheidingen kunnen weliswaar elders chaos brengen, maar afscheidingen zijn nu eenmaal per definitie eenzijdig en nooit bedoeld om elders chaos te voorkomen, maar om ervan af te zijP)Bovendien ontbreekt het de Gemeenschap aan effectieve instrumenten, en de CVSE al helemaal. Er is geen begroting voor steun aan een Joegoslavie dat zich ordelijk gedraagt en er is geen politiek-militair instrumentarium om orde op zaken te stellen als het tot bloedvergieten komt. 'Stick and carrot', stok en wortel, zitten niet in de diplomatieke handbagage. Met andere woorden, als de Slovenen en-of Kroaten zich onafhankelijk verklaren dat geheel en al democratisch doen, dan heeft de Gemeenschap niet alleen een probleem, maar ondermijnt ze meteen ook haar geloofwaardigheid als centrum voor Europees crisis-management.