Volgens Feenstra moeten zowel het landbouwbedrijfsleven als de overheid al veel langer hebben geweten dat het mestprobleem bijna onbeheersbaar zou worden. Hij verwees onder meer naar de signalen, die hoofd Henkens van het consulentschap voor bodem- en bodembeschermingsvraagstukken al in 1966 gaf dat er zonder maatregelen een enorm mestoverschot zou ontstaan. Ook zou de Algemene Rekenkamer onlangs na een onderzoek hebben vastgesteld dat de overheid veel te traag heeft gereageerd op de signalen.
Woordvoerder J. van Noord van het CDA kon zich in grote lijnen vinden in het tot nog toe gevoerde beleid. Hij vroeg een extra heffing om de gevolgen van de de ammoniakuitstoot door met name de rundveehouderij te financieren. Volgens Van Noord ziet zijn fractie de tweede fase van de mestwetgeving met vertouwen tegenoet gezien de resultaten in de eerste fase, die op 1 januari aanstaande wordt afgesloten.