Tijdens het verwerken van de bieten wordt niets weggegooid. Zand en klei van de gewassen bieten worden gebruikt voor de aanleg van wegen en het ophogen van akkers. Ander restmateriaal wordt omgezet in ‘groen’ gas, gebruikt als veevoer of meststof voor de landbouw. Ook het tussenproduct ‘diksap’ en de uiteindelijke suiker kunnen gebruikt worden voor allerlei toepassingen. “We zoeken continu naar verduurzaming in onze bedrijfsvoering en in de keten”, vertelt Paul Mesters, algemeen directeur van Suiker Unie. “Dat begint bij de boeren. Door goed gebruik van de grond en technologische ontwikkelingen stijgt de opbrengst van suiker en wordt er minder gewasbescherming en mest gebruikt. Daarnaast zoeken we samenwerking met bedrijven voor de uitwisseling van bijstromen, zoals water en restwarmte. We gebruiken nu 50% minder energie dan in 1990 voor het totale productieproces.”
Per jaar produceren we meer dan 30 miljoen kuub groengas
Van bieten groengas maken
Op het terrein van Suiker Unie worden door een biovergister de bietenpuntjes – die tijdens het wassen afbreken – omgezet in groengas. “Als na de bietencampagne de fabriek stilligt, verwerken we ook bietenpulp, dat niet als veevoer is weggegaan, tot groengas. Vroeger werden deze reststromen afgevoerd naar een composteerder, maar het is financieel en energetisch efficiënter om deze plantaardige reststromen op locatie te vergisten. “In totaal produceert Suiker Unie meer dan 30 miljoen kuub groengas per jaar, goed voor 20.000 huishoudens”, vertelt Peter Gulden, manager Green Energy Dinteloord. In vier grote vergisters wordt het organisch materiaal door bacteriën omgezet in methaan, CO₂ en warmte. Gulden: “Het biogas dat zo geproduceerd wordt bevat minder methaan dan aardgas, 52% tegenover 89%. We halen CO₂ eruit voordat we het gas aan het openbare gasnet leveren of gebruiken het als brandstof voor de vrachtwagens die de suiker vervoeren. Bij de vergisting wordt 95% van het organisch materiaal omgezet in gas. In het restmateriaal, het digestaat, zitten waardevolle mineralen. Dit kan weer in de landbouw als meststof worden gebruikt.”
Nieuw Prinsenland
Suiker Unie wil op haar locaties door clustering met andere bedrijven de mogelijkheden vergroten om duurzaam te ondernemen. Naast de suikerfabriek in Dinteloord is het bedrijventerrein Nieuw Prinsenland, een locatie voor bedrijven uit en gelieerd aan de agro- en foodsector, en een grootschalige glastuinbouwlocatie ontwikkeld. “Het gaat daarbij niet alleen om de uitwisseling van (duurzame) energie, water en/ of restproducten, maar ook om samenwerking op het gebied van personeel, opleiding, onderzoek en innovatie. Inmiddels is de glastuinbouwlocatie al flink gevuld en ook de eerste bedrijven vestigen zich hier”, vertelt Paul Hagens, manager Terreinontwikkeling. Gezuiverd water, afkomstig uit de suikerfabriek, wordt extra gezuiverd voor gebruik in de glastuinbouw of door andere bedrijven. Het ligt voor de hand dat bedrijven in de toekomst hun plantaardige reststromen ter vergisting aanbieden bij de biovergister en gebruik kunnen maken van de restwarmte, die tijdens het proces in de suikerfabriek vrijkomt. “Op en nabij het terrein staan twaalf windturbines, die groene stroom leveren. Daarnaast wordt onderzocht of de CO₂, die bij de vergisting vrijkomt, weer in de kassen kan worden ingezet.”
Innovation Center
Suiker Unie is onderdeel van Royal Cosun, een van de grootste landbouwcoöperaties van Nederland waar ook Aviko deel van uitmaakt. In augustus 2017 heeft het Cosun Innovation Center zijn deuren geopend in Nieuw Prinsenland. In dit centrum zitten verschillende Cosun-onderdelen; Cosun Research & Development (Cosun R&D), Cosun New Business & Innovation en Cosun Biobased Products. Cosun R&D richt zich op het maken van producten uit bijstromen uit de agrowereld. “Begin 2018 verhuist het IRS, het onderzoeks- en kenniscentrum voor de suikerbietenteelt in Nederland, ook hierheen. Het is mooi dat kennis over de hele waardeketen zich in dit gebouw verzamelt”, stelt Arno Pouls, manager Cosun R&D. In het gebouw bevinden zich allerlei laboratoriums waar op kleine schaal wordt onderzocht wat de mogelijkheden zijn van bepaalde stoffen uit bijvoorbeeld suikerbieten. “Zo worden cellulose, galacturonzuur en arabinose, die in bietenpulp zitten, onderzocht. Cellulose kan gebruikt worden in wasmiddelen en verf. Galacturonzuur kan na omzetting dienen als bouwsteen voor plastics en het lijkt erop dat arabinose de opname van gewone suiker in het lichaam kan vertragen om zo suikerpieken te voorkomen”, licht Pouls toe. Bovendien is er een pilothal waar opgeschaald kan worden naar grotere hoeveelheden.