We beschikken in Nederland over uitstekende zorg. Maar dat komt in het nauw door ontwikkelingen als vergrijzing, hogere eisen van zorgconsumenten, de kosten van nieuwe technologieën, dure geneesmiddelen en krapte op de arbeidsmarkt. Als we dat probleem willen oplossen binnen de bestaande budgetten – we kríjgen al heel veel geld van de maatschappij – dan zullen we de zorg anders moeten organiseren.
Bij patiënt thuis
De vier te onderscheiden typen zorg vereisen mijns inziens allemaal een andere aanpak. Acute zorg, inclusief verloskunde, moet voor iedereen binnen 45 minuten bereikbaar zijn. Dat is zelfs wettelijk vastgelegd. Dergelijke zorg moet op beschikbaarheid gefinancierd worden. Als we dat alleen zouden baseren op het aantal patiënten dat er gebruik van maakt, is het namelijk in de regio niet altijd rendabel.
Ook voor diagnose en poliklinische zorg zouden mensen niet te ver hoeven te reizen. Maar omdat niet ieder ziekenhuis elk (super)specialisme in huis hoeft te hebben, zouden specialisten naar de patiënten toe moeten gaan. Hoe? Door de ene dag spreekuur te houden in het ziekenhuis in de ene stad, en de volgende dag in een andere stad.
Operaties vormen het derde type zorg. Omdat ze doorgaans goed in te plannen zijn, kunnen ze het best gedaan worden in ziekenhuizen die daarin gespecialiseerd zijn. Dat levert betere kwaliteit op en meer efficiency. Patiënten zijn over het algemeen best bereid om daarvoor wat verder te reizen.
Chronische zorg ten slotte, die nu nog 30 procent van het ziekenhuisbudget vraagt, moet vaker in de eerste lijn geboden worden, in de wijk, bij de huisarts en bij de patiënten thuis.
Topspecialistische zorg
Om dat allemaal te bereiken, moeten academische ziekenhuizen inkrimpen. Zij zouden zich moeten beperken tot topspecialistische zorg. Grote ziekenhuizen moeten zorg overhevelen naar kleine. Daarmee voorkomen we dat die kleine ziekenhuizen omvallen, waardoor mensen in de regio te ver zouden moeten reizen voor acute zorg, diagnose en poliklinische zorg. En ziekenhuizen moeten gaan samenwerken, niet meer álles zelf willen doen en zich qua interventies gaan beperken tot enkele operaties.
Marktwerking
In mijn ogen is de oplossing eenvoudig. Het komt echter niet van de grond omdat niemand de regie voert. Het huidige kabinet laat het over aan de markt. De zes zorgverzekeraars mogen er van de Autoriteit Consument & Markt geen gezamenlijke afspraken over maken. En als de ene verzekeraar wel iets doet en een andere niet, gaat het niet werken.
Dat marktwerking leidend is, maakt het er niet gemakkelijker op, omdat instellingen, artsen en andere betrokkenen verschillende belangen hebben. Van de overheid verwacht ik op zijn minst een plan voor de acute zorg, een kaart met daarop de zorglocaties die voor iedereen binnen 45 minuten bereikbaar zijn en voldoende middelen om spoedzorg te kunnen verlenen. Als dat niet gebeurt, vallen met name de kleine ziekenhuizen om. En dan is het gedaan met die goede zorg in Nederland.
Het is jammer dat veranderingen in de zorg doorgaans als bezuinigingen geframed worden, want dat is volgens mij hooguit een welkome bijwerking. Veranderingen in de zorg zijn nodig om de kwaliteit hoog te houden.
Foto: Marieke Duijsters